vrijdag 3 augustus 2018

Bang voor Peter

Mijn schaakclub is gelegen in een lommerrijke gemeente in de buurt van Antwerpen. Hier wonen de beter gesitueerden in hun villa's met zwembad, aan het oog van jaloerse minvermogenden onttrokken door een hoge ligusterhaag.

En zonder het te weten passeerde ik op weg naar mijn verantwoorde liefhebberij al die jaren het poepchique restaurant waar voormalig NCRV-boegbeeld Frank 'Holiday Show' Masmeijer, tegenwoordig beter bekend als veroordeeld drugssmokkelaar, de grote meneer uithing. Had ik dat nu maar geweten, dan was ik eens door de ramen naar binnen gaan gluren. Want net als misdaadverslaggever Peter R. de Vries heb ik een voyeuristische belangstelling voor de wereld van de misdaad. Zal wel te maken hebben met ons beider 'gristelijke' achtergrond. Als je zelf nooit iets slechts mag doen of denken, word je vanzelf nieuwsgierig naar wie zonder de minste gewetensnood doet wat God verboden heeft – en waar Hij zelfs nog nooit van gehoord heeft. Peter gaat daarin wel wat verder dan ik. Terwijl ik het houd bij een fijn boek over de maffia, docu's op Discovery Channel en een beetje grasduinen in de Penguin Encyclopaedia of Crime, gaat hij bijna dagelijks bij de penoze op de koffie en mag hij zelfs getuigen in de strafzaak tegen topcrimineel Willem Holleeder. Omdat hij bevriend was met diens 'omgelegde' kompaan Cor van Hout, als ik het goed heb begrepen. Dicht aanschurken tegen de zelfkant kan geen kwaad, vindt Peter. Waarom zou zoiets triviaals als een moord of ontvoering een mooie vriendschap in de weg moeten staan?

Ik zou niet graag in Holleeders bordeelsluipers staan, want ik vind Peter R. de Vries een waarlijk angstaanjagend man. Ik zag hem eens op tv in een jeugdprogramma waar kinderen hem vragen mochten stellen. Geheide succesformule: beroemdheid laat even zijn schild zakken en toont zijn gezellige kant. Lastige vragen krijg je niet, want die stellen kinderen alleen aan hun ouders. Alhoewel, ik herinner me hoe Herman Brood in een soortgelijk kinderprogramma geïnterviewd werd door een  twaalfjarig meisje, die hem met een bezorgde blik vroeg: "Gebruik je nog weleens drugs, Herman?" Nee hoor, stelde Herman haar gerust. Nou ja, voegde hij er oprecht aan toe, heel soms nog een keertje, bij een speciale gelegenheid: een verjaardag, of met Sinterklaas.

Zo fijngevoelig en geestig als Herman kwam strenge Peter niet uit de hoek in dat tv-programma, maar hij had voor de gelegenheid wel zijn priemende blik ingeruild voor een warm-menselijke oogopslag. Zonder de geringste aarzeling beantwoordde hij alle vragen – die man lijkt geen greintje innerlijke twijfel te kennen – , gaf toe dat hij als kind weleens iets gepikt had en legde geduldig uit dat misdadigers ook best aardige mensen kunnen zijn (neem nu Cor van Hout). Pas toen een jongetje hem vroeg of er bij hem thuis weleens was ingebroken, zagen we weer even de echte Peter. Hij grijnsde zijn gebleekte ivoren wachters bloot en zei, staalhard in de camera blikkend: 'Nee, dat durven ze niet.'

vrijdag 15 juni 2018

Mogen mijn besten winnen!

’Wij’ doen niet mee het WK, en dat vind ik prima. Dat Oranjegedoe leidt maar af van de echt belangrijke zaken in het leven. Mijn WK-sterrenteam, om eens iets te noemen. Na weken puzzelen op de ultieme opstelling staat het ploegske als de Chinese Muur. Mocht ook wel, na de bleke prestaties van mijn sterrenmannschaft bij eerdere edities. Het moet wel heel raar lopen, wil ik deze keer niet met de pot gaan lopen (winner takes all). Wekenlang heb ik even gretig voorbeschouwingen en teamanalyses gevreten als een paard suikerklontjes. Mocht het u interesseren, ik kan u alles vertellen over de defensieve zwaktes van Senegal of de vormcrisis bij de derde spits van Australië. Kennis is macht in voetbalpoolland. 
Maar, voetbal is natuurlijk ook ‘een stukje emotie’. Doe eens gek, riep mijn frivole kant. Stel een donkere-mannenteam op, als vuist tegen het racisme! Weer eens iets anders dan het 'mooie-mannenteam' dat al jaren aan de voetbalpool meedoet (en uiteraard nooit wint). Of stuur een een Brain Squad in, met louter universitair geschoolde balkunstenaars. (Helaas, na hard zoeken kwam ik niet verder dan zes.) Gelukkig won mijn Hollandse koopmansgeest uiteindelijk het pleit. Het gaat om de knikkers. Dat resulteerde in een gortdroge, superberedeneerde, van elk avontuur verstoken opstelling, met louter duffe zekerheden als Messi, Modric, Kroos enz. Zelfs die dekselse Harry Kane moet van mij thuisblijven, want laten we wel wezen: de Engelsen breken sinds 1966 geen potten meer op WK’s. Een paar uur voor de deadline heb ik zelfs nog het prille Zwitserse talent Akanji uit mijn team gezwierd, ten faveure van een brok Uruguayaans defensief beton genaamd Godin, wiens gebeitelde tronie mij op dit moment aanstaart vanaf het Panini-album van mijn pluszoon. En het loont, want een halfuur geleden won Uruguay met 1-0 van Egypte. De eerste 4 punten zitten in de pocket. Wordt het toch nog een geslaagd WK...

donderdag 10 mei 2018

Doorgedraaid

Leuk tijdverdrijf: een wedstrijdje ‘wie had vroeger het rotste vakantiebaantje?’ Pas nog eens gespeeld met een stel katerige midden-oude mannen op de hei. Ik won. Niemand kon een CV voorleggen met zo’n brede waaier van smerige, geestdodende 'jobkes'. Wc’s schrobben? Check. Postcodes controleren? Check. Naaimachineonderdelen tellen. Jep! Altijd een eenvoudige schakel in de grote productieketen, waardoor je soms niet eens wist waar je werk eigenlijk voor diende. Zo heb ik een weeklang triplex platen in een machine geschoven, waarna die machine er spijkers in ramde (meestal scheef). Het resultaat van deze arbeid lag aan het einde van de week op een grote stapel ergens in een hoek van de fabriekshal.
Maar het kan nog erger. Zo waren er drie zomers op de Bleiswijkse groenteveiling, waar puntgave komkommers, paprika's en tomaten de hele dag door via de lopende band werden afgevoerd, oftewel 'doorgedraaid'. Het enige wat die smakelijke groenten hadden misdaan, was dat ze de ‘de prijs niet gehaald hadden’ op de veiling bij afslag. Aan het eind van de band verdwenen deze kliekjes van het kapitalisme roemloos in de laadbak van een vrachtwagen, om te worden verwerkt tot veevoer. Heel deprimerend, die massale verspilling, maar ik geloof niet dat ik er echt bij stilstond. Te afgestompt door het eindeloos platvouwen van lege dozen en opstapelen van lege kisten op pallets. Soms verhuisde je een tijdje van de stapel- en vouwploeg naar de groenten-op-de-bandsmijtploeg. Zwaarder werk, maar heel geschikt om je af te reageren.
Die behoefte leefde duidelijk ook onder de vaste medewerkers. De heftruckchauffeurs die de pallets aan- en afvoerden reden op topsnelheid door de hal en leken er op uit om je zwaar lichamelijk letsel toe te brengen. Je moest voortdurend opletten dat je niet omver werd gereden of verpletterd onder een stapel kisten. Een keer kookte het potje over van onze ploegbaas. De mans was een diepgelovige christen en werd daar vaak mee gepest. Na de zoveelste krenking greep hij een zware pallet en smeet die met verrassend gemak vanaf een verhoging naar het hoofd van de pestkop, die maar net kon wegduiken. Na dit incident met potentieel dodelijk afloop zaten beiden in de pauze weer gebroederlijk te klaverjassen in de kantine.

vrijdag 30 maart 2018

Geen cadeau

In Vlaanderen hoor je regelmatig de uitdrukking 'dat is geen cadeau'. Daarmee wordt bedoeld dat je iemand met iets vervelends opzadelt, hem of haar iets in de maag splitst. Je kan trouwens ook als mens 'geen cadeau zijn', wat heel spijtig is, want dat wil zeggen dat je niet moeders mooiste bent en dus geen lot uit de liefdesloterij.

Ik moest aan die uitdrukking denken (in de eerste betekenis) toen we een tijdje geleden op bezoek gingen bij vrienden en in plaats van de obligate bos bloemen een heus bonsaiboompje als geschenk meebrachten. Zeer in onze nopjes met dit razend originele cadeau overhandigden we de sierboom aan de vrouw des huizes. Die was enige tijd sprakeloos, terwijl ze het edele dwergboompje onhandig vasthield, zoals een oude vrijster een baby die haar ongevraagd in de handen is gestopt. 'Nou, we zullen onze vakantie maar annuleren', zei ze ten slotte tegen haar man bij wijze van grap, maar het klonk niet echt vrolijk. Daarna werd de kostelijke sierboom door de gastheer op een bijzettafeltje in de gang geparkeerd, waarschijnlijk de laatste tussenhalte richting eindbestemming: de groenafvalcontainer. 

Niet ontmoedigd door deze tegenvaller kochten we een week of wat later opnieuw een bonsaiboompje om mee te nemen naar vrienden in het hoge Noorden van Nederland. Maar ook hier was de reactie van de gastvrouw er een van lichte ontzetting. 'Hoe moet je voor zo'n ding zorgen?' stamelde ze. 'Ik zal maar gauw een handboek gaan kopen.' Toen drong het probleem eindelijk tot ons door. Wij geven een schattig boompje, maar de ontvanger ziet enkel een aandachtsmonstertje, dat omringd dient te worden met de tederste zorg: regelmatig bijknippen, takjes omleiden, speciale dure voeding, aangepast binnenklimaat enzovoort.
Terwijl je hem alleen maar elke dag wat water moet geven, zo staat het althans op het kaartje dat erbij zit. Maar dat is voor de meeste mensen al te veel gevraagd. De volgende keer nemen me dus maar weer gewoon een bosje bloemen mee.

Handgeschreven wijsheden

Ik bewaar al jaren een groen schriftje met mijn ex-librisstempel op de voorkant. Er heb er in geen dertig jaar in gekeken, maar laatst nam i...